[ Pobierz całość w formacie PDF ]
Thema Kinderen en school.
Lesbrief 20. Op het schoolplein
Taban brengt zijn dochter Ama naar school. Hij
praat met een moeder van een ander
kind op het schoolplein. De moeder heet Meryem.
Waar werkt Meryem?
Wat leert u in deze les?
¦
Praten met andere
ouders op het schoolplein over de school
¦
Praten met ouders over de kinderen
¦
Begrijpen wat je kan doen als ouder op school
Veel succes!
Deze lesbrief is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag en DMO Amsterdam
HET GESPREK
Opdracht 1. Lees het gesprek.
Taban en Meryem praten op het schoolplein.
Taban praat op het schoolplein met een andere ouder, Meryem. Ama is
nu een beetje gewend op school. Met de dochter van Meryem gaat het ook goed
op school. Meryem vindt het een goede school. De school doet veel leuke dingen
met de kinderen, zoals het Songfestival. Ze hebben ook een schoolbibliotheek.
Taban Hoi! Hoe is het?
Meryem Goed! Met jou?
Taban Ook goed.
Meryem En met Ama? Is ze al een beetje gewend?
Taban Ja, ze is nog wel verlegen, maar het gaat goed, hoor.
Meryem Fijn. Hoe lang zit ze nu op school?
Taban Een maand.
Meryem En bij wie zit ze?
Taban Bij Dünya.
Meryem O, dat is een goede juf. Die is zo lief met de kinderen. Daar heeft Sahro
ook bij gezeten.
Taban Hoe gaat het met Sahro? Welke groep zit zij nou?
Meryem Die zit al in groep 4 bij meester Rein.
Taban Het gaat snel! Hoe vindt zij het op school?
Meryem O, ze vindt het leuk. Ze leert graag en het gaat ook goed…
Nou vind ik het toch een leuke school, hoor. Ze doen zoveel met de
kinderen..
Taban
Ja?
Meryem
Ja, iedere maand is er wel iets, hè. In oktober hebben we de
herfstwandeling, in november is het Songfestival, in december zijn er
natuurlijk alle feesten, Kerstmis met het Kerst-eten… En ze hebben ook
een heel mooie schoolbibliotheek. Ben je daar al geweest?
2
Lesbrieven© ITTA 2008
DE WOORDEN
Opdracht 2. Lees de woorden.
Zoek deze woorden op in het gesprek op pagina 2. Zet er een streep onder.
De woordenlijst Deel 1
¦
De maand
Voorbeeld 1: Mijn baby is geboren in oktober. Hij is nu zes
maanden
.
Voorbeeld 2: Ik zit nu
een maand
op Nederlandse les.
¦
Lief
Voorbeeld 1: Je hoeft niet bang te zijn voor de juf. Ze is heel
lief
.
Voorbeeld 2: Man-Yip is een
lieve
jongen. Hij is niet snel boos en lacht veel.
¦
Leuk vinden
Voorbeeld 1: Mijn zoontje
vindt
het
leuk
op de peuterspeelzaal. Hij heeft veel
vriendjes.
Voorbeeld 2: Ik
vind
de radiolessen heel
leuk
. Ik leer veel!
¦
De meester
Voorbeeld 1: Op de school werken meer vrouwen dan mannen: tien juffen en twee
meesters
.
Voorbeeld 2:
De meester
leert de kinderen vandaag lezen.
¦
Ieder
Voorbeeld: “Gaat je kind
iedere
dag naar de peuterspeelzaal?” “Nee, alleen op
dinsdag en donderdag”.
¦
De herfst
Voorbeeld 1: In
de herfst
wordt het kouder in Nederland. Er is veel regen en
wind.
Voorbeeld 2: Jade is in
de herfst
jarig, in oktober.
¦
Het feest
Voorbeeld: In de maand december zijn veel
feesten
in Nederland. Bijvoorbeeld:
het kerstfeest.
¦
Kerstmis
Voorbeeld: Kerstmis is op 25 en 26 december. Het is het feest van de geboorte van
Jezus.
3
Lesbrieven© ITTA 2008
VRAGEN BIJ HET GESPREK
Opdracht 3. Is de zin goed of fout? Zet een kruisje.
Goed
Fout
Ama is al een beetje gewend op
school.
1
Ama zit nu een jaar op school.
2
Juf Dünya is geen lieve juf.
3
De school doet veel leuke dingen
voor de kinderen.
4
F
Kijk nu naar de antwoorden op p. 23.
4
Lesbrieven© ITTA 2008
HET GESPREK
Opdracht 4. Lees het gesprek.
Meryem werkt in de bibliotheek.
Meryem werkte eerst bij de schoolbibliotheek. Nu werkt ze bij de bibliotheek
van de gemeente, dezelfde waar Taban met Ama geweest is. De zoon van
Meryem gaat naar de crèche als zij werkt.
Taban
Nee, nog niet. Ik ben vorige week wel met Ama naar de bibliotheek op
het Mussenplein geweest.
Meryem
Hé! Daar werk ik!
Taban
O ja? Werk jij dan?
Meryem
Ja, sinds juli werk ik in de bibliotheek.
Taban
In de bibliotheek op het Mussenplein?
Meryem
Ja. Op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag.
Taban
O ja, wij waren er op woensdag.
Meryem
Daarom heb ik jullie niet gezien.
Taban
Hoe doe je dat met je zoontje? Want hoe oud is hij nou?
Meryem
Kwame is net één geworden in augustus. Hij gaat nu naar de crèche.
Taban
O..
Meryem
Het was wel moeilijk om opvang te vinden. Gelukkig was er een plaats
op een crèche dichtbij mijn huis, in de Lijsterstraat. Kwame moest eerst
wel wennen hoor.. In het begin moest hij huilen… Maar ja, ik moest
toch naar mijn werk. En nu gaat het goed.
Taban
Hoe kom je aan dat werk op de bibliotheek? Had je al eerder in een
bibliotheek gewerkt?
Meryem
Ja. Hier op school, in de schoolbibliotheek.
Ik ben hier op school
begonnen. Ik vond het leuk om op school mee te helpen met de feesten
en in de bibliotheek.
Taban
O wat goed van je.
Meryem
Maar nu niet meer dus. Nu kan ik niet zoveel meer doen voor de school,
door mijn werk. Het is veel te druk met twee kinderen.
5
Lesbrieven© ITTA 2008
[ Pobierz całość w formacie PDF ]